De Nederlandse gemeenten worden dit jaar geconfronteerd met een verlichting van de huisvestingslasten als gevolg van een daling in het aantal te huisvesten statushouders. De oorspronkelijke doelstelling om 160 statushouders in Leiden te huisvesten is bijgesteld naar 141, dankzij het recente besluit van het kabinet.
De herziene doelstelling betekent dat Leiden in de eerste helft van het jaar negentien vluchtelingen met een verblijfsvergunning minder hoeft te huisvesten dan aanvankelijk gepland was. Deze aanpassing is een onderdeel van een bredere nationale trend waarbij Nederlandse gemeenten in het eerste halfjaar minder statushouders hoeven op te vangen dan aanvankelijk voorzien.
Het recente kabinetsbesluit om tijdelijk geen asielverzoeken van Syriërs meer in behandeling te nemen heeft geleid tot de vermindering van het aantal statushouders dat gemeenten moeten huisvesten. Dit heeft directe gevolgen, waarbij Syriërs die voorheen snel een verblijfsvergunning ontvingen, nu worden geraakt door de stopzetting van dit proces.
De daling in het aantal statushouders brengt echter ook nieuwe uitdagingen met zich mee. Gemeenten dienen de bestaande achterstand in huisvesting in te halen, wat de komende tijd tot verdere vertragingen kan leiden. Minister Faber onderneemt actie door gemeenten financieel te ondersteunen en doorstroomlocaties voor statushouders op te zetten.